—
Jeetje, wat valt dat tegen zeg, een stukje schrijven voor een 25 jarig huwelijk. Ik kom er niet uit. Of in. Of hoe je het ook wilt zeggen. Wat weet ik nou helemaal over het huwelijk van mijn kleine broertje? Ja, hij is 25 jaar geleden getrouwd met zijn (nu dus al 25 jaar) vrouw. Ze hebben twee kinderen gekregen, een jongen en een meisje, die inmiddels beiden volwassen zijn. Broertje is ambtenaar en schoonzusje is….. ja, geen idee eigenlijk, wat ze is/doet. Op verjaardagen en andere familieaangelegenheden is het altijd heel gezellig, maar inside information heb ik eigenlijk nooit gekregen. Of ze heel erg lief voor elkaar zijn of elkaar dagelijks de hersens inslaan? Ik zou het niet weten. Of de kinderen problemen hebben gegeven in de puberteit? Geen idee.
Waar moet ik dan over schrijven?
Ik begon goede moed en had al een redelijk lang stuk. Alles nog eens doorlezende, kwam ik tot de conclusie dat het beter geschikt was voor het programma: Meneer S, dit is uw leven.
En dan kan het later ook nog hergebruikt worden als grafrede. Altijd handig om goed voorbereid te zijn natuurlijk, maar nu toch wel erg prematuur. Het moet iets leuks en luchtigs zijn. Iets om te lachen of om een traantje weg te pinken. Het wil me echter niet lukken. Dus heb ik versterking ingeschakeld. Mijn oudere zus heb ik gevraagd om alles wat zij weet op papier te zetten, zij is niet voor niets ouder nietwaar? Maandag komt dan mijn jongere zusje en gaan wij met z’n tweetjes proberen er een leuk verhaal van te bakken. Echt waar, we gaan aan de slag. We gaan niet winkelen of zo, nee, we blijven thuis om creatief te zijn. De mannen sturen we het bos in om mooie natuurfoto’s te maken. Vinden ze leuk.
Morgen ga ik echter eerst winkelen met schoonkind A. Zo noemt ze zichzelf, schoonkind. Als zoonlief me belt, zeg ik altijd: “Hé, dag kind”, (dat zeg ik trouwens tegen elke zoon die belt) maar A noemt zichzelf dan schoonkind. Ik vind het wel wat hebben. We gaan dus winkelen, op zoek naar een leuke jurk voor het feest, niet voor mij, maar voor A. Zelf had ik per ongeluk, nog voor ik wist van het feest, een mooie uitermate geschikte jurk gekocht. Op de uitnodiging staat namelijk: kom zo feestelijk mogelijk, niet in spijkerbroek of andere dagelijkse kleding. En een leuke jurk is nooit weg natuurlijk.
Na het winkelen gaan manlief en ik door naar andere zoon en dil, om te eten en Canadavakantiefoto’s te bekijken. Een paar gezellige volle dagen. Ik heb er zin in.
—